MIJN VISIE

Onderstaande quote past goed bij mijn visie. Allereerst vind ik het heel erg belangrijk dat elk kind gezien wordt en dat je weet waar elk kind op dit moment staat. Dit is de basis (beginsituatie) voor het voorbereiden van je lessen. Elk kind is goed op zijn/haar eigen manier en geen kind is hetzelfde. Ik vind het belangrijk dat ze binnen het onderwijs kijken naar de ontwikkeling per individu. Het is niet mogelijk om elke leerling op een eigen leerlijn te zetten, maar je kunt wel kijken waar de behoeftes liggen om zo goed mogelijk passend onderwijs te bieden.

Ik heb op één van mijn stages kennisgemaakt met het EDI-model. Met het EDI-model kunnen leerkrachten een hoog rendement uit hun activiteiten halen. Dit vind ik zelf heel erg belangrijk en past goed bij mijn visie binnen het onderwijs. De leerling ervaart namelijk door een handeling herhaalt uit te voeren. EDI maakt een lesdoel concreet en controleerbaar, een leerkracht houdt de controle en de kinderen krijgen begrip. De wisbordjes, beurtstokjes of coöperatieve werkvorm zijn goede hulpmiddelen/werkvormen voor het EDI-model. Effectieve instructie is de beste manier om gedragsproblemen te voorkomen en betrokkenheid te verhogen. Competentie is een goede motivator.

Een EDI-les ziet er als volgt uit:

Lesdoel benoemen.
Activeren van voorkennis.
Onderwijzen van het concept.
Onderwijzen van de vaardigheid.
Het belang van de activiteit.
Begeleide inoefening.
Lesafsluiting.
Zelfstandige verwerking.
Verlengde instructie.

Ik heb op een daltonschool stage gelopen. Hieronder kunt u lezen wat dalton is, maar ook waarom het bij mij als leerkracht past. De vijf principes van het daltononderwijs zijn; vrijheid en verantwoordelijkheid, samenwerken, effectiviteit, zelfstandigheid en reflectie. De vijf principes sluiten aan bij mijn visie, omdat ze (bijna) elke les weer aan bod komen en ik ze dus samen met de leerlingen terug laat komen in ‘ons’ onderwijs.

Vrijheid en verantwoordelijkheid; elke leerling is verantwoordelijk voor zijn/haar eigen ontwikkeling. Leerlingen moeten worden uitgedaagd en kritisch en verantwoordelijk zijn als eigenaar van hun eigen ontwikkeling. Ik vind het belangrijk dat het eigenaarschap wordt gestimuleerd. De leerlingen krijgen dan het gevoel dat ze zichzelf aan het ontwikkelen zijn en niet omdat het ‘moet’ van de juf.
Samenwerken; de samenwerking wordt gestimuleerd door samenwerkend leren. De leerlingen leren van en met elkaar. Als leerkracht maak je gebruik van verschillende werkvormen die de samenwerking (extra) bevorderen.
Effectiviteit; de tijd wordt goed benut, omdat de leerlingen bezig zijn met hun taak. Ze plannen zelf hun taken aan het begin van de week in. Onder andere tijdens de daltontijd werken ze aan hun eigen taak met hun blokje op tafel. Ik loop hulprondes en help de leerlingen die hun blokje op vraagteken leggen. Tot die tijd gaan ze verder met het werk dat ze wel snappen, zodat ze hun tijd effectief benutten.
Zelfstandigheid; de leerlingen krijgen elke week een weektaak die ze zelf inplannen. Ze werken zelfstandig aan die taken en zorgen er zelf voor dat ze aan het einde van de week hun taken afhebben.
Reflectie; de lessen en dagen worden elke dag geëvalueerd. Door middel van een krachtige evaluatie kun je de het onderwijs en de ontwikkeling verbeteren. Het is per dag verschillend wanneer die evaluatie plaatsvindt. Dit is namelijk afhankelijk van de les. Zo weten wij (de leerlingen en ik) wat er goed ging, maar wat we de volgende keer ook nog beter kunnen doen.

Verbale en non-verbale communicatie vind ik erg belangrijk. In het onderwijs vinden we het belangrijk dat we in gesprek gaan met leerlingen. Praten over je gevoelens, situaties oplossen, de ontwikkeling bespreken, enz. Maar ik ben van mening dat we niet moeten vergeten dat non-verbale communicatie ook belangrijk is. Even een knipoog, een duim opsteken of een knikje kan het verschil maken. Laat leerlingen merken dat je hen ziet, hun inzet waardeert of trots op hen bent. Positief gedrag kun je benoemen, maar natuurlijk ook duidelijk maken door het non-verbaal te laten zien en merken. Dit past heel erg bij mij als leerkracht. Ik vind het belangrijk dat alle leerlingen zich gezien voelen en gewaardeerd worden om hoe hij of zij zijn. Elk mens is uniek en 'wees jezelf, er zijn al zoveel anderen'.

Functies van onderwijs (Biesta, 2012)

Kwalificatie; leerlingen leren kennis en de vaardigheden.
Socialisatie; leerlingen leren hoe ze zich in de samenleving kunnen of behoren te gedragen.
Persoonsvorming; de school draagt bij aan de ontwikkeling van een individuele identiteit.

Bij kwalificatie vind ik het belangrijk dat leerlingen vroegtijdig worden voorbereid op de maatschappij door middel van kennis en vaardigheden. Er moet meer aandacht worden geschonken aan de toekomst. Wat wil je later worden? En wat heb ik daarbij nodig? Dat was het thema van de Kinderboekenweek dit schooljaar (2021). Een mooi thema waar je als leerkracht aandacht aan moet schenken. Bij socialisatie vind ik het belangrijk dat kinderen de juiste normen en waarden meekrijgen tijdens hun opvoeding. Als leerkracht heb je daar deels invloed op. Kinderen krijgen natuurlijk normen en waarden mee vanuit huis, maar ook op school kun je daar aandacht aan schenken. Door verschillende kwaliteiten te groeperen, kijkend naar de persoonsvorming, stimuleer je ook het van en met elkaar leren. Ik ben van mening dat iedereen zijn/haar eigen kwaliteiten heeft en deze tijdens bijvoorbeeld groepsopdrachten heel mooi in kan zetten. Hierbij wordt ook onder andere de samenwerking gestimuleerd. Concluderend vind ik dus dat de functies van onderwijs terug moeten komen in jouw onderwijs. Ik probeer leerlingen zo goed mogelijk voor te bereiden op de toekomst, neem de normen en waarden daarin mee en zorg ervoor dat leerlingen zich bewust worden van zijn/haar eigen kwaliteiten.